Volksgezondheid en Milieu

Wat gaat het college daarvoor doen?

Wat gaat het college daarvoor doen?

Volksgezondheid

Gezondheidspreventie
We voeren onze ambities uit de regionale nota gezondheidsbeleid 2021-2028 ’Samen gezond in Kennemerland’ en de Uitvoeringsagenda ‘Samen gezond in Beverwijk’ uit. Deze ambities zijn in 2025 in samenwerking met de GGD geëvalueerd en aangescherpt.
Vanuit de regionale nota gezondheidsbeleid 2021-2028 en het Leefstijlakkoord Beverwijk werken we met maatschappelijke partners verder aan onder andere een rookvrije gemeente en een positieve en gezonde leefstijl. We zetten ons extra in om de gezondheidsvaardigheden van laaggeletterden en anderstaligen te vergroten, door toegankelijke en begrijpelijke gezondheidsinformatie.
We faciliteren de jeugdgezondheidszorg om de gezondheid van de allerkleinsten en hun ouders te bevorderen en te monitoren ten gunste van een gezonde start in het leven.
In regionale samenwerking wordt een hitteplan opgesteld. Hierin staat hoe de gemeente omgaat met de gezondheidsrisico's voor specifieke kwetsbare doelgroepen. In 2025 wordt gestart met de lokale implementatie van dit plan.
Integraal Zorg Akkoord (IZA) en Aanvullend Zorg en Welzijnsakkoord (AZWA)
In 2026 dragen we als regiogemeenten (IJmond en Zuid-Kennemerland) bij aan de uitvoering van IZA-Transformatieplannen, samen met zorgpartijen zoals de huisartsen, de GZ-sector en het Rode Kruis Ziekenhuis. Doel is ervoor te zorgen dat ondersteuning vanuit de gemeente en zorg vanuit de medische sector beter op elkaar aansluiten. En samen in te zetten op preventie en gezond gedrag. We werken onder meer aan de ontwikkeling van een Digitaal Gezondheidscentrum voor mensen met chronische aandoeningen, aan samenwerking van zorg en welzijn in de wijken, aan netwerken op gebied van mentale gezondheid en aan laagdrempelige steunpunten voor inwoners met psychiatrische aandoeningen.
In november 2024 zijn de gemeenten uit het IZA gestapt, om inhoudelijke en financiële redenen. Regionaal is afgesproken om vooralsnog wel aan tafel te blijven bij de IZA-plannen. Het is belangrijk om de nu lopende samenwerking met de zorg niet los te laten.
In 2025 zijn landelijk gesprekken gestart over het opstellen van een Aanvullend Zorg en Welzijnsakkoord (het AZWA). Door de val van het kabinet zijn deze gesprekken gestopt. Het vervolgproces is nog niet duidelijk. De VNG blijft pleiten voor een structurele en substantiële verschuiving van middelen van zorg naar het sociaal domein en de sociale basis. En voor continuïteit van ingezette aanpakken en initiatieven voor inwoners. Daarvoor is in 2026 voortzetting van de regionale uitkering SPUK IZA en alle onderdelen uit de lokale uitkering Brede SPUK GALA nodig.

Milieu

In 2026 zal een keuze worden gemaakt over de toekomst van de omgevingsdienst IJmond: zelfstandig robuust of een fusie met één of meer omgevingsdiensten. Voor een zelfstandig voortbestaan van de ODIJ is vanaf 2024 een traject ingezet voor herijking van de financieringsstructuur en van de juridische afspraken. Dat moet in 2026 zijn afgerond. Bij een fusie zijn de afspraken mede afhankelijk van de fusiepartners. Het ligt in de lijn van de verwachting dat een aantal taken heroverwogen wordt die nu door ODIJ worden verricht. De consequentie is dan wel dat de taken anders belegd moeten worden.
Het vigerende milieubeleidsplan loopt tot 2026. In 2026 wordt dit opgevolgd door een milieuprogramma dat een andere opzet kent. Dit programma moet een steviger kader bieden voor de dienstverlening van de omgevingsdienst.
Het grootschalig onderzoek Aagtenpark is in 2025 afgerond. Het onderzoek richtte zich op de risico's voor de volksgezondheid en voor de flora en fauna als gevolg van de aanwezigheid van staalslakken, de blackbox en de benzeenverontreiniging. De saneringsmaatregelen zijn eind 2025 uitgewerkt en zijn gericht op het verwijderen van de risico's voor de volksgezondheid. De benzeenverontreiniging wordt gesaneerd. Ook vinden er aanvullende maatregelen plaats in- en rondom het Aagtenpark. De kosten zijn geschat op ca. €5 miljoen.

Duurzaamheid

De negatieve effecten van klimaatverandering worden steeds concreter, meer voelbaar en zichtbaar. Dat vraagt enerzijds om versnelling van de energietransitie en meer aandacht voor klimaatadaptatie om zulke negatieve effecten te beperken.
Anderzijds maakt de geopolitieke situatie dat het thema klimaatverandering minder hoog op de politieke agenda staat en ook maatschappelijk als minder relevant wordt ervaren.
Tegelijkertijd blijven de landelijke doelstellingen onverminderd van kracht. Veel onderdelen van de energietransitie zijn volop in uitvoering. Niet alles kan en moet tegelijk, terwijl wel voortgang geboekt moet worden.
De herijking van het Programma Duurzaamheid komt daarom op een goed moment. De nieuwe gemeenteraad kan in de tweede helft van 2026 een geactualiseerd programma vaststellen, dat een scherpe focus aanbrengt in het realiseren van de hoofddoelstellingen.
Hieronder volgen zeer beknopt de belangrijkste onderwerpen voor 2026. Daarbij moet bedacht worden dat veel van deze onderwerpen een langere looptijd dan één jaar hebben.

  • Isolatieaanpak
  • Voor het Lokaal Isolatie Programma (2024-2030) liggen we op koers om de doelstelling van de eerste tranche te behalen. We helpen 456 van de in totaal 1539 eigenaar-bewoners om hun woning te isoleren. De SPUK voor isolatie telt voor het gehele programma op tot ongeveer 2.6M.  Energiearmoede

In 2026 blijft onze aanpak voor energiearmoede wijkgericht. Het is een complexe opgave die we domein overstijgend benaderen. Sociaal Beleid, IPW (Instituut voor Publieke Waarden) en de Woningcorporaties zijn nodig om tot een succes te komen. We ondersteunen doeltreffend, doelmatig én binnen de subsidieregels. Er is een SPUK van ongeveer 400k beschikbaar. In 2026 zetten we een groot deel hiervan in bij het Lokaal Isolatie Programma. Het andere deel is geserveerd voor de pilot met het IPW vanuit het Sociaal Domein.  Soortenmanagementplan (SMP)
In 2026 wordt gestart met de uitvoering van een ecologisch onderzoek op gebiedsniveau. Dit is een onderzoek naar beschermde diersoorten, zoals vleermuizen die zich in gebouwen nestelen. De gebiedsontheffing die na dit onderzoek wordt verkregen versnelt de woningisolatie en ondersteunt daarmee het Lokaal Isolatie Programma. Inwoners hebben dan niet langer een aparte natuurtoets per woning nodig voor maatregelen zoals spouwmuurisolatie.
Voor het SMP is een subsidie toegekend door de Provincie van €170.000, waarmee het onderzoek kostendekkend kan worden uitgevoerd.

  • Warmteprogramma

Gemeenten zijn wettelijk verplicht uiterlijk 31 december 2026 te beschikken over een door het college van B&W vastgesteld warmteplan. Dit warmteplan is de opvolger van de transitievisie warmte uit 2021. Het plan beschrijft in welk tempo, in welke volgorde en met welke oplossing Beverwijk buurt voor buurt en wijk voor wijk in 2050 aardgasvrij wordt. Participatie is hierin vanzelfsprekend een belangrijk aspect en de drie IJmond gemeenten trekken hierin gezamenlijk op.

  • Warmtenet

Warmtenetten zijn een belangrijke manier om woningen aardgasvrij te maken. Samen met de partners (o.a. de woningcorporaties, Liander, HVC en de gemeenten Heemskerk en Velsen) wordt gewerkt aan een haalbare businesscase. Naar verwachting is er in 2026 duidelijkheid of en zo ja onder welke voorwaarden er een concrete start gemaakt kan worden.

  • Uitvoering convenant Toekomstbestendig Bouwen

De ambities in door de gemeente ondertekende Convenant Toekomstbestendig Bouwen bieden nog onvoldoende houvast om bredere doelen zoals natuurinclusief, energieneutraal en circulair bouwen te realiseren. Onder meer samen met ontwikkelaars is zijn de ambities vertaald naar een concreet uitvoeringskader. Ook hiermee wordt invulling gegeven aan de welvaartversnellers uit de omgevingsvisie. In 2026 wordt vervolg gegeven aan de implementatie.

  • Netcongestie

Netcongestie blijft een belangrijke belemmering in het behalen van onze klimaatdoelen. Daarom zetten we nog steeds in op onderzoek naar slimme oplossingen, bijvoorbeeld door met ondernemers te onderzoeken hoe ruimte op het net kan worden gedeeld, om zo optimaal gebruikt te maken van de beschikbare aansluitingen.
Daarnaast blijven we in gesprek over de energie-infrastructuurprojecten die spelen op regionaal niveau. Door de realisatie van deze projecten de komende jaren kan het net worden verzwaard, om zo congestie op de lange termijn op te lossen. Zie ook het kopje in de begroting

  • Uitvoering Convenanten MVOI (Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkopen) en SEB (Schoon en Emissieloos Bouwen)

Met de uitvoering geven we invulling aan onze voorbeeldfunctie, de energietransitie en circulaire economie. De uitvoering gaat stapsgewijs, passend bij de slagkracht van onze organisatie en met ambities waarbij de markt kan aansluiten.

  • Monitoring

De voortgang van de CO₂ reductie van Beverwijk houden we bij met de in 2025 geïntroduceerde klimaatmonitor (www.duurzaam.beverwijk.nl ). In 2026 bekijken we of de monitor kan worden uitgebreid met betrekking tot het thema klimaatadaptatie. Halfjaarlijks wordt over voortgang van het programma duurzaamheid gerapporteerd met een visueel jaarverslag.

  • Communicatie

Voor de uitvoering van het programma Duurzaamheid is een overkoepelende communicatiestrategie waaraan ook in 2026 uitvoering wordt gegeven. Een belangrijk onderdeel van de strategie is het ondersteunen van inwoners door te verbinden, verhelderen en inspireren. Daarnaast werken we intensief samen met Heemskerk, Velsen, ODIJ en andere partners. Verder werken we aan de verdere integratie van duurzaamheid binnen de organisatie.

Watertaken

Het college herijkt het kostendekkingsplan voor de bekostiging van de gemeentelijke watertaken. De resultaten worden naar verwachting in het vierde kwartaal van 2025 aan de gemeenteraad voorgelegd. In 2026 volgt de implementatie van de uitkomsten.
Daarnaast wordt ook in 2026 de regionale samenwerking op het vlak van gemeentelijke watertaken voortgezet. Hierin werkt de gemeente Beverwijk samen met andere gemeentes en het waterschap. Er wordt o.a. samengewerkt op het gebied van databeheer, beleid, onderzoeken, subsidie aanvragen, kennisdeling en modelleringen.
Het nationale Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie (DPRA) houdt voor klimaatadaptatie een cyclus aan van 7 jaar. Deze begint met inventariseren en onderzoeken van risico's, vervolgt met uitvoering gerelateerde stappen en eindigt met een terugblik. De eerste cyclus begon in 2018, waardoor in 2025 de eerste cyclus afliep. Deze cyclus is voor elke gemeente hetzelfde, dus is in regionaal verband gekozen om de volgende cyclus gezamenlijk te doorlopen. In 2026 zal daarom in regionaal verband aandacht zijn voor het onderzoek en inventariseren van de risico's van weer extremen als extreme neerslag, droogte, hitte en overstromingen.
Tot slot wordt gekeken naar de uitvoering van de gemeentelijke taak om bedrijfsmatige lozingen te controleren en handhaven. Door de komst van Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) is hier extra aandacht voor gekomen. ZZS zijn stoffen die een risico vormen voor het milieu en moeilijk uit rioolwater zijn te zuiveren, waardoor ze in het oppervlaktewater terecht kunnen komen. De controle op deze lozingen is belegd bij de Omgevingsdienst IJmond. Doordat omgevingsdiensten voor meerdere gemeentes werken en het waterschap hier ook een belang heeft, wordt dit zowel per individuele gemeente als vanuit regionaal verband bekeken.

Grondstoffen

Eind 2025 wordt het nieuwe Grondstoffenplan 2025-2030 ter besluitvorming aangeboden. In 2026 stellen we een uitvoerings- en communicatieplan op. Naar verwachting brengen we in de tweede helft van 2026 per wijk de basis op orde. Aanvullend doen we onderzoek naar het vervolg, om zo dichter bij onze uiteindelijke doelstellingen te komen.

Deze pagina is gebouwd op 11/26/2025 14:16:15 met de export van 11/26/2025 13:06:32